Geschiedenis van het Beauforthuis: van boerderij tot landbouwschool Heidenoord tot kerk tot theater
Door Lidwien Vork

De geschiedenis van het pand gaat terug tot het begin van de 19de eeuw.

Van Napoleon tot Juffer Annie

de periode van 1826 tot 1861

Napoleon en Austerlitz

Zonder Napoleon was er geen dorpje Austerlitz en geen Pyramide geweest. Van 1804 tot 1806 had Napoleon Bonaparte een nederzetting van 18.000 manschappen in Kamp Zeist (Camp de SEYST). Om de soldaten bezig te houden kregen zij opdracht een monument te bouwen, geïnspireerd op de Egyptische veldtocht van Napoleon in 1798. Het kamp trok allerhande marketentsers, wasvrouwen en marktkramers aan om de troepen te voorzien. Toen Napoleon in 1805 de slag bij Austerlitz in Tsjechië won besloot zijn broer, Lodewijk Napoleon, Koning van Holland, de nederzetting Austerlitz te noemen. Met het vertrek van de troepen bleven de handelaren straatarm achter.

Johannes Stoop koopt Heidenoord

de basis van wat nu het Beauforthuis is
Sinds 1826 was Johannes Stoop, bankier te Amsterdam, eigenaar van de heidegronden rondom Austerlitz. Hij was niet alleen schatrijk maar ook een sociaal bewogen man en trok zich het lot van de arme mensen aan. In 1844 kocht hij Heidenoord, een boerderij die in 1832 was gebouwd. Stoop verschafte hen werk en stelde gratis land ter beschikking, maar hij had ook oog voor de andere sociale noden. Zo werkte hij mee aan de bouw van een school om de kinderen onderricht te geven. Ook wilde hij de heide met schapenmest ontginnen tot een akkerbouwgebied. Daarom besloot Stoop in 1844 van zijn boerderij een landbouwschool te maken. Aan de noordzijde bouwde hij een stuk aan en hij trok de landbouwonderwijzer Enklaar aan.
Het verhaal gaat dat Enklaar niet kon wennen aan de eenzaamheid in Austerlitz en dat hij daardoor aan de drank verslaafd raakte. De school mislukte. Hieraan debet was ook de crisis in de wereldhandel omdat het niet meer lucratief was schapen te houden en dat er daardoor minder schapenmest beschikbaar was voor de ontginning.

meer over Johannes Stoop

Arnoud Jan bouwt een kerk achter Heidenoord

Stoops enige dochter Anna Aleida trouwde met Arnoud Jan de Beaufort (erfgenaam van Landgoed Den Treek in Leusden). Na het overlijden van Stoop werd het echtpaar erfgenaam van de landgoederen in Zeist en Leusden en kwam dus ook Heidenoord in hun bezit. Zij verhuurden Heidenoord maar dat bracht weinig op want de huurders mochten de geproduceerde mest op de pachtsom in mindering brengen. Ze besloten over te gaan op de bosbouw.
Austerlitz telde inmiddels 259 inwoners. Voor hun geestelijke verzorging moesten zij zes kilometer lopen naar Zeist. Arnoud Jan liet achter Heidenoord een kerk te bouwen (zie tekening) en stelde zes jaar lang jaarlijks 200 gulden beschikbaar voor de predikant. Hij schonk het pand aan de Hervormde Gemeente onder de voorwaarde dat de kerkelijke bestemming alleen kan wijzigen in een sociaal-culturele bestemming. Een beding waar wij nu nog steeds de vruchten van plukken.
Het pand functioneerde tot 1984 als Nederlands Hervormde kerk. Sinds 1989 heet het Beauforthuis en is er een muziekpodium en theatercafé in gevestigd. In de volgende aflevering besteden we aandacht aan de ‘kerktijd’ van 1861 tot 1984.

Austerlitz en het Molenbosch

Van de jaren dertig tot 1971 werd het bewoond door de kleindochter van Arnoud Jan, Anna Wilhelmina Margaretha de Beaufort (1880-1971), juffer Annie*. Oudere Austerlitzers kennen haar nog. Zij heeft zeer veel sociale activiteiten ontplooid. Zij ging rond met een pannetje soep bij zieken en bij ondervoede kinderen, die ook werden uitgenodigd bij haar op het Molenbosch. Ook was zij beschermvrouwe van veel verenigingen in Austerlitz. Het beeld in de tuin van huize Molenbosch herinnert ons aan de tijd van juffer Annie.

over de verschillende landgoederen

* Juffer Annie, geen freule Annie zoals ze wel genoemd wordt. Want haar grootvader Arnoud Jan, een eenvoudig levend natuurmens die in het geheel niet hunkerde naar uiterlijk vertoon, wenste niet mee te werken aan een aanvraag om verheven te worden in de adelstand, in tegenstelling tot zijn jongere broer Pieter (1868) en vier van zijn kleinzonen (1937).

Daarna werd het huis bewoond door achterkleindochter Digna Wilhelmina Ernestine de Beaufort (1929-2008) met haar man Jacob Gerard van Wageningen en haar broer Joachim Ferdinand de Beaufort.
Toen wij in 1988 begonnen met pionieren in het oude kerkje kregen wij de tip om aan te sluiten bij de geschiedenis van het pand en de streek en het pand Beauforthuis te noemen. Omdat wij dat in overleg wilden doen met de familie togen we naar het Molenbosch en ontmoetten daar Digna. Digna was een kunstzinnig vrouw die graag schilderde. Ze had wat weg van koningin Juliana. Ze had decennialang met haar man, die waterbouwkundig ingenieur was, in Suriname gewoond. Digna kende het pand goed. Haar vader was er dikwijls gastpredikant, zij mocht als kind de stoven aansteken. Ze schrok niet van de vervallen staat van het pand en het terrein, maar was wel zeer onder de indruk van de hoeveelheid kunstboeken. Ze ging akkoord met de naam Beauforthuis. “Als wij erachter staan dan zullen de Austerlitzers dat ook doen”. De markante geschiedenis van de arme bevolking in relatie tot het patriciaat imponeerde ons.
Bij de opening van het Beauforthuis in 1990 vormde Digna met haar broer, man en vrienden een koortje onder leiding van Ben van den Bosch. Ze waren daar op het Molenbosch nog erg betrokken bij Austerlitz. Als ze timmerlieden nodig hadden waren dat altijd Austerlitzers. “Hoe is het in Austerlitz?” was altijd het eerste wat ze ons vroegen.


het Zeister Historisch genootschap over Molenbosch, Stoop en de Beauforten

Voor dit stuk zijn diverse bronnen geraadpleegd. Met name:

  • De Beaufort, Geschiedenis van een aanzienlijke familie van 1613 tot 1887, Rob Melchers
  • Austerlitz, het kamp en het dorp, Ria Efdée, open monumentendag 2004
  • De IJzeren eeuw – een machtige weduwe, VPRO

Met dank aan Floris van Asbeck, voorzitter van De Treeker Eik, en Hendrik Ludo de Beaufort voor de correcties en aanvullingen.